De Hoge Raad heeft nieuwe regels vastgesteld voor het werkelijke rendement in box 3. Ongerealiseerde waardeveranderingen tellen voortaan mee, maar voordeel van eigen gebruik wordt op nihil gesteld.
Samenvatting
Een tweede woning, uitsluitend voor eigen gebruik en niet verhuurd, leidde tot een geschil over de belastingheffing in box 3. Het Hof stelde eerder dat alleen daadwerkelijk behaald rendement belast mag worden. De Hoge Raad oordeelt echter dat ook ongerealiseerde waardeveranderingen meetellen, berekend op basis van WOZ-waarden.
Belangrijkste Punten
Ongerealiseerde waardeveranderingen tellen mee:
Positieve en negatieve waardeveranderingen van onroerende zaken worden nu meegenomen bij het bepalen van het werkelijke rendement. Dit betekent dat ook de waardestijging of -daling van een woning die niet is verkocht, onderdeel wordt van de belastinggrondslag.
Eigen gebruik wordt niet belast:
Het voordeel dat een eigenaar zou hebben van het eigen gebruik van een tweede woning, bijvoorbeeld een vakantiehuis, wordt niet meegenomen in het werkelijke rendement. De Hoge Raad stelt dit voordeel op nihil, omdat het vaststellen hiervan een taak is van de wetgever.
Betere duidelijkheid over berekening:
De Hoge Raad verduidelijkt dat het werkelijke rendement wordt berekend op basis van de WOZ-waarden aan het begin en einde van het belastingjaar. Voor vastgoed dat in de loop van het jaar is gekocht of verkocht, wordt een tijdsevenredig deel van de waardeverandering meegenomen.
Aanpassingen bij verbeteringen:
Investeringen in verbetering of uitbreiding van vastgoed, zoals renovaties of aanbouwen, worden meegenomen in de berekening van het rendement. Dit biedt meer rechtszekerheid voor eigenaren die hun vastgoed willen upgraden.
Lees de uitspraak op:https://uitspraken.rechtspraak.nl/details?id=ECLI:NL:HR:2024:1788
